Griekse mythe
Ik open één oog. Verstoord. Ik doezelde net heerlijk weg. Wat een lawaai maakt die man. Blijkbaar is-ie het ergens niet mee eens. Met wilde handgebaren schreeuwt-ie tegen de manager. Althans dat denk ik, het is in elk geval tegen de man die de afgelopen twee dagen hier de tent op rolletjes laat lopen. Piedra del Mar. Mijn kleine luxeparadijs aan het strand, tussen de bergen en olijfgaarden. Alleen de locals van Corfu weten het te vinden. Weg van het massatoerisme, verstopt aan de noordoostkust. Droomlocatie met fantastisch eten. Daar schijnt deze grote schreeuwende Griek toch echt anders over te denken. Waar zou hij toch zo’n drukte om maken? Dan begint hij te lachen, het is alsof de wolken voor de zon verdwijnen – die waren er toch helemaal niet? – en ik kijk even naar het water: zie ik daar nu een dolfijn?
Mijn schreeuwlelijk slaat de manager op zijn schouder en ze omhelzen elkaar. Hopelijk gaat-ie weg en kan ik verder zonnen. Helaas. Hij roept nog iets tegen de manager en komt mijn kant uit. Hij trekt zijn shirt uit, gooit zijn handdoek op een paar bedden iets bij mij vandaan, en duikt de zee in. Ik kijk gefascineerd toe hoe hij de zee doorklieft met zijn grote armen. Na een tijdje is hij zo ver weg dat ik hem niet meer kan zien. Ah, daar is hij weer. Hij komt de zee uit, zijn haar nat. Zijn borstkas lijkt wel uit steen gehouwen, druppels water lopen in langzame straaltjes van hem af… Seriously? Oh crap, hij ziet me staren.
‘Hi…’
‘…Hello’
‘I’m Pavlos.’
‘Ok.’
Hij maakt een grapje dat dat best een rare naam is, maar dat het misschien wel een heel gebruikelijke naam is waar ik vandaan kom? Yup, dit gebeurt dus echt: op een strand, een knetterlekkere Griek die me versiert. Waarom ook niet? Een glaasje wijn wordt een fles en ik vind hem steeds leuker. Ik vraag hem of hij vanavond vrij is voor het diner.
Daar is hij even stil van. Zijn machismo is zichtbaar in strijd met zijn geweten. Maar de aantrekkingskracht (of is het lust?) overwint en hij zegt ‘ja’. We spreken om negen uur bij mijn hotel af. Hij wil me per se ophalen, daar krijg ik hem niet vanaf.
Terug in mijn hotel scheer ik me en smeer ik me helemaal in. Wat trek ik aan? Ik begin met een spannend lingeriesetje, het kan geen kwaad om op alles voorbereid te zijn.
‘When her bra matches her panties when you take off her clothes, it wasn’t you who decided to have sex…’ Ik vraag me gniffelend af wat Pavlos hiervan zou vinden.
Ik draai een rondje voor de spiegel: zwart jurkje, hakken, gouden kettinkje op mijn zongebruinde huid. Tijd voor zorgvuldige make-up. Subtiele smokey eyes, een beetje lipgloss.
Natuurlijk ben ik te laat. Geen idee waarom ik ineens tijd te kort kwam, maar goed. Pavlos ziet er waanzinnig uit, in een wit gesteven overhemd en jeans. Zijn haar nonchalant, gewassen en nog nat. Heel even vraag ik me af waarom we nog naar het restaurant zouden moeten.
Tien minuten later parkeert Pavlos de auto en navigeert me door nauwe straatjes tot we op een klein pleintje uitkomen. Er staan zo’n acht tafeltjes, intiem verlicht. Roze geurende bougainville aan de muur. In het midden een oude bron met Romeinse cijfers. The Venetian Well. Wat een magische plek.
Pavlos blijkt niet zo macho te zijn als ik dacht. Hij vertelt verschrikkelijk trots over zijn zus Kristina die International Business heeft gestudeerd in Athene. Ze kan geen werk vinden, omdat er weinig werk is in Griekenland, en helaas gaan de banen die er zijn nog steeds vaker naar mannen. Hijzelf zit in de citroenen. Hij vertelt me dat Corfiotische citroenen nogal bijzonder zijn, en anders dan waar dan ook ter wereld. Het zijn heel grote en bijna zoete citroenen zonder pitten. Ze vormen de basis voor het ginger beer op het eiland. ‘Wacht, ik bestel er een voor je!’
Ik staar gebiologeerd naar zijn lippen. Ze zijn perfect van vorm en zijn mondhoeken krullen lichtjes omhoog. Bij elk woord dat zijn lippen verlaat, beweegt zijn hele lichaam mee. Hij gebruikt veel handgebaren. Zelfs zijn haar doet mee aan de mimiek. Alles aan hem schreeuwt seks.
Dan besef ik ineens dat hij tegen me praat: ‘Sorry, wat?’
Ik excuseer me om naar het toilet te gaan en betaal op de terugweg de rekening. Pavlos kijkt me vragend aan als ik zijn hand pak. Ik zeg: ‘Kom, we gaan.’
Because well behaved women rarely make history.